Een dwangmatige relatie met een 5: Mark Manders

Fragment uit:
Coloured Room with Black and White Scene (1999)
Mark Manders werkt vanaf 1986 aan zijn "Zelfportret als gebouw", waarvan hij sinds 1990 fragmenten toont. Dit gebouw is een ideële constructie. Het bestaat in de vorm van voorlopige plattegronden, die dienen als schetsen voor de inrichting van het gebouw, en een bonte verzameling objecten die erin thuishoren: poppen, dieren, eenvoudige constructies, meubels en soms onooglijke gebruiksvoorwerpen, waaronder lege flessen, touwtjes, een aan de verkeerde zijde afgebrande lucifer, een met potlood doorboord gummetje. Het huis met zijn inrichting fungeert voor Manders als middel om ervaringen, herinneringen en verlangens, en het onderscheid tussen feit en fictie op een poëtische wijze te analyseren en te ordenen (uit: Kunst van nu 1995).

Deze wereld propageert weliswaar geen kunst om de kunst, maar is wel gesloten in de zin dat de taal die er gesproken wordt en de regels die er gelden niet verder reiken dan de muren van het denkbeeldige huis. Het zelfportret toont de materialisering van Manders' gedachten en emoties en de plaats die ze innemen in het totaal van zijn ervaringen. Zo heeft hij zelf een kast ontworpen voor zijn verzameling mislukte gedachten: "Het zijn echte gedachten, dus ik moest ze wel bewaren" (bron: Van Abbemuseum).

Manders’ kunst oogt op het eerste zicht erg verstild, weerbarstig en tegelijk breekbaar. Eens je zijn persoonlijke beeldenwereld – zijn huis – kan binnengaan, opent zich een uiterst fascinerend en poëtisch universum waarin je eindeloos kan ronddwalen (bron: SMAK).


fragmenten uit: Newspaper with Fives (foto's: Roma Publications)
Mark Manders zegt in een interview met Angela van der Elst (De Groene Amsterdammer, 2008): "Eigenlijk gaat mijn werk over het principe van organiseren, en hoe je dat met denken kunt doen. Hoe je je steeds met iets buiten jezelf verhoudt". Zo is een terugkerend thema in een aantal installaties van Manders het getal 5. "Daar ben ik vanaf 1993 mee bezig. Ik heb een ding uit de wereld gekozen waar ik een dwangmatige relatie mee heb. Dat doe ik om te zien hoe mijn hoofd werkt". Haal iets van buiten naar binnen en de machinerie komt op gang. Vijf bomen. Vijfletterwoorden. Vijf vingers. Postzegels van vijf cent. Alles was er al die tijd, maar vaak ongezien. "De wereld is veel mooier dan we weten of beseffen".

De krant "Newspaper with Fives" (i.s.m. Roger Willems) die eerst werd verspreid in Hann. Munden (1999 oplage 100.000) en later in 2001 voor Sonsbeek 9 Arnhem (oplage 150.000) werd gemaakt zijn diverse 5en verzameld. 5 peultjes die aan de muur zijn gespijkerd, 5 dode diertjes, 5 ballen - en tonen daarmee een wereld die beheerst lijkt te worden door een 'There, I Fixed It' mentaliteit, door toeval en improvisatie. In die wereld is de logica vaak zoek, vraag je je af waarom de dingen zo zijn samengebracht en geordend. En toch klopt het.

In Amsterdam bestaat de uitgeverij Roma Publications. Roma, een afkorting van de beide oprichters Roger Willems en Mark Manders. Roma Publications werd opgericht als podium om autonome publicaties te maken. De boeken die ze uitgeven komen tot stand in nauwe samenwerking met de kunstenaars, dichters en ontwerpers. Vele uitgaven kunnen als kunstenaarsboek worden beschouwd. Manders zelf heeft inmiddels ruim twintig publicaties op zijn naam staan. Op een uitzondering na zijn deze allemaal i.s.m. Roger Willems tot stand gekomen. Vier uitgaven (Night Drawings from Sel - portrait as a Building 2000, Hypocotyl Raki 2005, Les Études d'ombres 2012 en Two Connected Houses 2010) zijn i.s.m. Hans Gremmen ontworpen. De beeldende kunstenares en dichteres Marije Langelaar heeft ook aan vele uitgaven een bijdrage geleverd.

Klik voor een overzicht van de boeken van Manders op zijn website en op Collectie Gelderland.




Fragmenten uit: Slide Projections
In 2010 verscheen het kunstenaarsboek Slide Projections (i.s.m. Roger Willems, Roma Publications, 2010 oplage 900) naar aanleiding van zijn reizende tentoonstelling in de U.S.A. Het boek bestaat uit twee diaseries met elk een eigen karakter. De eerste serie dia’s vertelt in zwart-wit een waanzinnig en soms verontrustend verhaal dat begint in rommelige kamers waar vreemde objecten zoals stoofpotten, dode diertjes en volle, hangende vuilniszakken volgens een organiserend principe gebaseerd op het getal 5 zijn gerangschikt. Via een lege keuken ga je ondergronds. In een tweede huis kom je weer boven en dwaal je door kamers met werken van Manders. De halve dieren en vaak minder dan halve mensen wringen met de huiselijke setting. En dan, wanneer je net genoeg hebt gezien om je af te vragen wat hier gebeurt, ga je via een tweede tunnel weer onder de grond, terug naar de rommelige kamers waar nummer 5 koning is (bron: Maaike Lauwaert in Metropolis M april/mei 2011).

Naar aanleiding van deze tentoonstelling was er een boeiend interview met Audrey Chan voor 'Afterall'. In dit interview legt Manders uit waarom hij kiest voor het boek als uitdrukkingsmogelijkheid.

Chan: "In addition to your art practice, you run ROMA Publications, a small publishing house where you produce artist's books. What inspired you to start making books?"

Manders: "In 1998, I became friends with the designer Roger Willems and we started to make books together quite naturally. Werkplaats Typografie offered us a desk in their institution for two years so we just started producing books and it was kind of addictive. It is much more interesting to make books directly with an artist, without museums interfering. You can think quickly, clearly, and without the restrictions of a big institution. If we want, we can also think slowly and create many restrictions for ourselves, just to get to the point we want".

Chan: "For you, what is the difference between experiencing artworks in a book versus in an exhibition?"

Manders: "There is an interesting relationship between an artist's book and an exhibition. I also think that since the internet has gained so much volume, the artist's book has become even more interesting. A book is a great concentrated location for creating an exhibition. The linear relationship with time in a book is fantastic and powerful. Also, the relationship with the public is interesting. Most viewers of an artist's book own the work and choose their moment of visiting. And artist's books are small and cheap - they don't take up much space, and in a way it is good that the medium is underrated and sits under the radar of the commercial art world. For me, the relationship between an artist's publication and public space is also very interesting. In 1999, we published my "Newspaper with Fives" in an edition of 100.000 copies and distributed them house-to-house in the German city of Hann. Münden. I used the doormat or the mailbox of someone's house as a public space. I don't often show my work in public spaces, rather mainly in museums where people choose to go to see art. But since 1991 I always test a work that I've just finished in a supermarket. I just imagine a new work there and I check if it can survive where it doesn't have the label of an artwork. It is just a thing that someone placed in a supermarket. Now I am sure that all of my works can stand in that environment. In 1993, I actually showed a work in a supermarket as part of my work in the Sonsbeek 93 show".


Fragmenten uit:
Fragments from self-portrait as a building
(De Appel Foundation, Amsterdam 1997)
Related Posts Plugin for WordPress, Blogger...