AutomaGische inspiratie en boek als intimiteit: Anouk Kruithof.

Anouk Kruithof  (fragment: 'The Daily Exhaustion’)
© foto Anouk Kruithof
Het kunstenaarsboek.

Een schilderij of een sculptuur is een duidelijk herkenbaar medium. Zij vinden hun weg naar de kijker of de koper via presentaties in musea en galeries. Iedere keer als zich een nieuw medium aandient, zie je ‘dit circuit’ aarzelend en met de nodige tegenzin reageren. Maar hoe zit dat met een kunstenaarsboek? Waarom kies je als kunstenaar voor het medium boek? Is het een vanzelfsprekende keuze? Volgens publicist, recensist en curator Rob Perrée gedraagt het kunstenaarsboek zich bij de presentatie ervan eigengereid. Het is volgens hem gedoemd een bestaan in de marge te leiden. Perrée: “Al is het noodgedwongen een marginaal medium, het is wel een volwaardig medium. Het fascineert omdat het zich zo moeilijk gewonnen geeft. Het intrigeert omdat het drempels opwerpt. Juist het mysterie maakt het aantrekkelijk. Toch hebben de galeries en musea nog niet de ideale manier gevonden om het te presenteren. Meestal verdwijnt het, haast letterlijk, in een vitrine. Opengeslagen op een mooie pagina of trots zijn omslag tonend. Een verre van ideale situatie, omdat ze geen recht doet aan wat het medium uniek maakt: de boekvorm” (bron: Een eigengereid medium, Rob Perrée 2006).
 
Bij het kunstenaarsboek gaan we in ieder geval er vanuit dat de kunstenaar de verantwoording heeft voor het creatieve idee en dat het boek zélf het beeldende werk is. Een project, idee, of creatief proces wordt dus met het kunstenaarsboek uitgedrukt. Het werk wordt uitgedrukt als boek. Het werk komt hiermee volledig tot zijn recht. Het schept een een-op-een relatie tussen de kunstenaar en zijn publiek. Daarmee neemt de kunstenaar bewust het besluit dat het werk niet aan een muur in een museum komt te hangen.
 
De laatste jaren zorgt de fotografie voor een opleving van het kunstenaarsboek. Volgens Frits Gierstberg, bijzonder hoogleraar fotografie, zijn de nieuwe mogelijkheden voor het publiceren van boeken grotendeels ontstaan door de digitalisering. Kunstenaarsboeken hebben volgens Gierstberg de oude traditie van fotografie in druk doen opleven – al dan niet via Printing On Demand (POD) en het in eigen beheer uitgeven. Gierstberg: “De fotografie lijkt met dit alles een fase ingegaan waarin meer wordt geëxperimenteerd, meer artistiek onderzoek gedaan, conceptueler wordt gewerkt en verschillende media naast elkaar gebruikt. Een fotograaf van de jongere generatie die de nieuwe artistieke vrijheid in de fotografie goed begrijpt en daarvan de grenzen nog eens oprekt, is Anouk Kruithof” (bron: De Gids 2011).
 
'Check Double Check' versie 1 in SPWTP&E Antwerpen 2010 (© foto Anouk Kruithof)
'Intercollapsing' in De Brakke Grond 2011 (© foto Anouk Kruithof)

Een multimedia kunstenares.

Beeldend kunstenaar en fotografe Anouk Kruithof is afgestudeerd binnen de richting fotografie aan de kunstacademie St. Joost in Breda. Ze is een multimedia kunstenares. Zij maakt foto’s, video’s, installaties, kunstenaarsboeken en in situ werken zoals een foto taart of take away werk. Tijdelijke werken ook, zelfs performance en heel af en toe een collage. Hierbij zijn de foto’s een belangrijk beeldend middel. Dit wordt door haar op een vaak conceptuele manier benaderd. Haar werk komt met regelmaat tot stand in samenwerking met de mensen die zij fotografeert. Kruithof voert daarbij de regie maar is niet bang om het toeval een stevige rol te geven. Ook schuwt ze hierbij niet om haar werk gewaagd en prikkelend te presenteren, zoals dat in september 2011 te zien was in De Brakke Grond Amsterdam op de tentoonstelling ‘The second act’, georganiseerd door Time to meet. Met haar installatie Check/Double Check: Intercollapsing’ (2010-12) brak zij volledig met de traditionele presentatie van fotografie.

Bewondering en inspiratie.

Er zijn veel goede kunstenaars, schrijvers en filmmakers die Kruithof bewondert: Todd Solondz, Michel Houillebec, Sophie Calle, Bas Jan Ader, Janet Gardiff, Harmory Korin, Mark Manders, Mike Leigh, Murakami, Allain de Botton, Brian Blommaert, David Lynch “en nog zoveel meer...” Kruithof wordt automaGisch geïnspireerd door de combinatie van hardlopen, dansen, haar slapeloosheid en de relatie die zij aangaat met (onbekende) mensen. AutomaGisch is een verbastering van automatisch. Het 'maGisch' geeft aan dat het vaak een raadsel is hoe dat gaat.

1.  De relatie met (onbekende) mensen.

Met betrekking tot de relatie met (onbekende) mensen geeft Kruithof aan dat zij kunst maakt omdat dat haar verbindt met mensen: “zowel in het proces kan een 'wandering' ervoor zorgen dat ik iemand ontmoet die mij leidt tot een project. Ook mensen die ik uitnodig om als protagonisten van mijn foto's te participeren, brengen mij ideeën. Gesprekken of interviews kunnen de basis worden van een werk. Zij kunnen de sleutel zijn. Ik maak zo onderdeel uit van het publieke terrein, observeer, reflecteer en verwerk of verbeeldt naar werk. Hiermee ben ik sociaal, iets dat ik noodzakelijk acht. Ik ben een humanist. Ik zie dit ‘wanderen’ als rondlopen met een vooropgesteld idee voor een project en tegelijkertijd staan alle antennes op mijn hoofd totaal uitgespreid naar buiten. Naar de buitenwereld. Het echte bestaan, een hoek verder dan het scherm. Het universum. Zo tref ik mensen. Soms toevallig. Soms omdat ik er als een magneet naar toe gezogen word. Het gebeurt gewoon, dan is er contact. Dat is iets belangrijks: contact, het is als een gen van het collectieve bewustzijn”.
 
2.  Slapeloosheid.

Volgens Kruithof is slapeloosheid iets waar je nooit meer van afraakt. Het heeft volgens haar natuurlijk vooral een negatieve associatie, maar ze heeft het met de jaren ook leren zien als iets dat je kunt omarmen (optimistisch zijn over een verschrikking). Kruithof: “als je slapeloosheid hebt, bevind je, je veelal wakker in je bed, want je lichaam is te moe om iets te doen, maar je geest kan niet ophouden met ratelen. Die blijft maar hyper en alert, alsof die zelfs nog moet leven en doorgaan wanneer al het andere eromheen stil is. Gedachten stromen als een woeste orkaan door je hoofd, maar je wilt ze verdrijven, dat kan niet. Soms na uren vechten beland je toch in een soort tussenfase van wakker zijn en slapen. Je ogen open en dicht tegelijk hebben. Figuurlijk en letterlijk gezien. Het is als een gevecht tussen dysforie en euforie, waarin een tussenruimte ontstaat van tomeloze dromen. Als je ze ertussenuit kan vissen, dan heb je een idee, een krachtig gevoel, er is inspiratie”.
 
3.  Dansen.

Dansen is voor Kruithof de ultieme symbiose van muziek in je opnemen en vrije fysieke uiting. “Ik dans iedere dag, ik kan niet zonder. Vaak alleen in mijn kamer of op straat. Maar ik tracht af en toe ook grondig uit mijn dak te gaan in een openbare plek, dus waar ook andere mensen zijn. Ik zie dit als een noodzakelijkheid, want dit is namelijk de beste stress release in mijn optiek. Automatisch glijden zorgen van je af als je danst, eventueel onder invloed van alcohol of andere middelen, dat maakt niet uit. Het put je misschien fysiek uit, maar geeft je geestelijk een verruiming die ervoor zorgt, dat van alle dingen waar je eerder over tobde verdwijnen en louter de dingen die er toe doen, dus dingen waaraan je aandacht moet geven, overblijven. Ook is het een uitwisseling van energie, als je het met andere mensen doet en dan voel je dat je onderdeel bent van een collectief bewustzijn, iets wat ik ook belangrijk vind. ‘uit je dak gaan’ vind ik ook een mooie uitdrukking, het is nogal grappig als je het je verbeeldt... Het betekent ‘buiten zinnen raken’ en dat is zoiets als tijdelijk gek worden. Gekte is voor mij iets goeds. Het heeft te maken (in dit geval dan) met het verliezen van controle. Wanneer je dat kan en durft, heb je volgens mij iets overwonnen. Je bent namelijk beland in het onbekende gebied van oneindige mogelijkheden die je in ‘het korset des moderne mens zijn’ nooit had ontdekt. Dat is het moment, de ruimte waarop en waarin alles pas boeiend gaat worden in het leven”.
 
4.  Hardlopen.

“Als lichte endorfine verslaving, als een soort positief medicijn. Vrij snel gaat mijn lichaam volgens mij endorfine aanmaken en dit maakt mij euforisch en geeft me drive”.


'The Daily Exhaustion’ (© foto Anouk Kruithof)


'The Daily Exhaustion’ at Daegu Photo Biennale, 2012 Korea
(© foto Anouk Kruithof)

Het kunstenaarsboek als onderdeel van een installatie.

Na haar afstuderen zijn beelden voor haar nog steeds het uitgangspunt om een verhaal te vertellen, maar auteurschap of esthetiek zijn geen strenge vooropgestelde uitgangspunten; de functie van de foto’s is om een idee te dienen, om de creatieve uitvoering van een concept vorm te geven (bron: PhotoQ.nl 2012).
 
Voor deze vormgeving gebruikt zij ook vaak het kunstenaarsboek. Uit de zes publicaties die Kruithof heeft gemaakt blijkt dat het boek voor haar een goede manier is om haar creatieve ideeën uit te drukken. Een Kruithofpublicatie is onconventioneel, origineel en ontroerend. Ze gebruikt dit echter niet altijd als zelfstandig medium. Ze combineert de presentatie van haar werk met een combinatie van foto’s met installaties. Haar kunstenaarsboek is daar soms een onderdeel van. Een prachtig voorbeeld is: ‘The Daily Exhaustion’. Dit is een reeks zelfportretten die ze uitdrukte in krantvorm (Kodoji Press 2011 oplage 5.000). Deze uitgave kan als kunstenaarsboek worden beschouwd. Het gaat over de uitputting die de westerse mens dagelijks ervaart. Kruithof putte zich voorafgaand aan de foto’s fysiek uit door te gaan spinnen (indoor-cycling) om zichzelf vervolgens in uitgeputte toestand op de gevoelige plaat vast te leggen. Bij de presentatie van dit werk bedacht Kruithof een ruimtelijk concept: naast de foto’s een installatie van opgestapelde kranten. De kranten konden door de toeschouwers gratis meegenomen worden.
 
'Lang zal ze leven' (Dutch Doc Award 2012, Tropenmuseum Amsterdam)
© foto Anouk Kruithof
Fragment uit: 'Lang zal ze leven' (© foto Anouk Kruithof)
Een ander voorbeeld is het conceptueel-sociale project met de titel ‘Lang zal ze leven’. Hiermee heeft zij zich opnieuw verdiept in de menselijke geest. Door aan psychiatrische patiënten te vragen hoe zij hun verjaardag wilden vieren en die wens ook daadwerkelijk uit te voeren. De schijnbare grens tussen patiënt en omgeving verdwijnt in rituelen die niet anders zijn dan bij niet-patiënten. En daarmee die twee werelden effectief en confronterend met elkaar verbindt (bron: FoMaa). Uiteindelijk maakt Kruithof een krant waarin alle verjaardagen zijn gedocumenteerd. 'Lang zal ze leven' bestaat uit quotes van de interviews en foto’s van handgemaakte driedimensionale sets waarin de documentatiefoto’s van de verjaardagen als kleine exposities zijn te zien. De publicatie (In eigen beheer, 2011 oplage 500), die als een kunstenaarsboek kan worden beschouwd, geeft een chronologisch overzicht van de viering van de tien verjaardagen en toont de integere wijze waarop is samengewerkt met mensen met een psychiatrische beperking. Op een tentoonstelling van de onafhankelijke stichting ‘Dutch Doc Photo’ was de verjaardag van Frits de Beer (64) te zien. De expositie was bijna een letterlijke weergave van het deels handgemaakte boek.
 
Een kunstenaarsboek als een intiem werk.

Een boek heeft voor Kruithof iets heel intiems. Het is als een ‘spel’ tussen de bezitter van het boek en het boek zelf. Tussen deze twee gebeurt het volgens haar. “Ik zie een kunstruimte als een plaats om het kunstwerk vorm te geven, te plaatsen, te installeren. Precies zo zie ik de pagina’s en omslag etc. waaruit het een boek bestaat ook. Het is een ‘ruimte’ die de concentratie van het kijken en eventuele lezen bepaald. Ik vind zelf ook het proces van boek maken een aangename manier van werken: het is klein, je kunt het overal doen, heel intiem en geconcentreerd. Je bent in een boekmaakproces niet van veel 'buitenaf' afhankelijk, zoals bij een video of een installatie in een museum bijvoorbeeld. Een solitude proces, een soort worsteling met eenzaamheid is het. Een boek maken is daardoor zwaar, maar boeiend en keer op keer een uitdaging”.
 
Het blijft een voortdurende overweging om werken niet alleen aan de muur van een museum etc. op te hangen, maar soms ook in boekvorm te presenteren. Kruithof legt uit: “Het boek kan op een vrij gekozen moment bekeken worden, er zijn geen openingstijden en er is geen moment waarbij de suppoost je vriendelijk verzoekt te gaan. Dit versterkt de intimiteit en biedt de ruimte voor de concentratie van het kijken en eventueel lezen”. De kunstruimte en het boek lopen volgens Kruithof parallel aan elkaar, maar op een gegeven moment komen ze bij een T-splitsing aan. In een kunstruimte is er geen heldere oriëntatie, je kunt dicht naar de muren gaan of in het midden blijven staan, rechts omlopen of linksom of zelfs achteruit gaan. Kruithof: “Het boek is in richting zoals een horizontale lijn. In principe is er een begin en een eind. Al weet je dat bij een kunstenaarsboek nooit natuurlijk. Je kunt de eigenaar van je boek aansturen en bijvoorbeeld met je opeenvolging van je beelden een verhaal vertellen. Eenvoudig van voren naar achter of andersom. Hoewel het van achter naar voren bladeren iets is, wat volgens mij meer mensen in eerste instantie doen, wanneer ze een boek in hun handen hebben. Meestal realiseert men zich dan direct dat ze respectloos met het boek omgaan. Je voelt je betrapt, als je sneaky over je schouder kijkt of de maker niet ziet dat je met dat boek omgaat alsof het een hapklare kleffe hamburger is”.
 
Een kunstenaarsboek als verbeelding van de gespannen mens.

Het kunstenaarsboek is voor Kruithof een prima manier om haar werken uit te drukken, maar volgens haar is het kunstenaarsboek nog altijd een outsider in de kunstmarkt en ook erg oncommercieel. “Wel sociaal. Zeker als je het ‘boek’ gratis maakt, zoals mijn krantje ‘The Daily Exhaustion’. Het idee ervan was dat de ‘The Daily Exhaustion’ gratis was, want als ‘de dagelijkse uitputting’, die krijg je voor niks. Het is ook een zin en een titel die ik bedacht heb en waarvan ik vond dat hij iedereen toebehoorde. Vandaar dat iedereen zo’n krantje zou moeten hebben. Het is misschien een contradictie met wat je er letterlijk in ziet, namelijk 21 zelfportretten van mij, toch zie ik mijzelf hier meer als de ontboezeming van uitputting, work alcoholics and stress. Ik moest het doen, omdat niemand zo ver zou gaan als ik in deze truc om de serie foto’s te hebben. Hardcore indoor-cycling genaamd spinning to the Max. De foto’s zijn gemaakt met een klein digitaal cameraatje hangend aan het stuur en na afloop van de training schoot ik enkel 2 of 3 foto’s van mijzelf. Er is fysieke uitputting te zien, maar hier doorheen schijnt voor mij ook zeker een mentale leegte die ontstaat door de activiteit. Het afdrijven van de geest, zoals het ook is als je burnout raakt. Iets wat ik zelf ook heb meegemaakt toen ik 25-26 jaar was. Ik vind dat het ieder mens aangaat; de vraag wat ‘The Daily Exhaustion’ precies is of kan zijn. Vooral omdat er tegenwoordig geen enkel gesprek er aan voorbij gaat, waar een deelnemer niet een beetje moe is of er doorheen zit of burnout raakt of nog erger... iedereen kent dit fenomeen. De aarde raakt uitgeput: milieu uitputting. De mens ook, maar dan mentaal”.
 
Fragment uit: 'Playing borders' (© foto Anouk Kruithof)
Kruithof verbeeldt in haar werken enerzijds de gespannen mens die een constante druk voelt om maar door te gaan. De mens die zichzelf ‘verliest’, zich door te veel stress laat uitputten en zelfs angstig wordt. In het project ‘Becoming Blue’, waarvan ook een publicatie is verschenen met een gelijknamige titel (Ontwerp Kummer-Herman, Revolver Publishing 2009, oplage 750), vroeg zij een aantal onbekende personen om te poseren en kleedde hen in het blauw. Het is een serie portretten geworden van mensen die in een moment van stress of met de schrik in het lijf zijn gefotografeerd. Op het moment van de opname liet zij hen schrikken door onverwachte ingrepen en handelingen. Een handeling zou bijvoorbeeld een speldenprik geweest kunnen zijn. Dat leidde tot een bepaalde mimiek en gezichtsexpressie. Het blauw van de kleding is voor Kruithof een metafoor voor de fase waarin de mens weer tot rust komt. Maar ook de mens, die zichzelf probeert ‘terug te vinden’. De mens die de rust en stilte toelaat en de balans tussen lichaam en geest hervindt. Het is een zoektocht naar manieren om de hedendaagse mentale toestand van de (Westerse) mens te verbeelden, die volgens haar vooral wordt bepaald door stress, de druk om te presteren en het voortdurende ‘geleefd worden’.

Het fictief foto-essay Playing borders, this contemporary state of mind’ (2009) sluit ook aan op dit ‘stressthema’. Het is een beklemmende fotoreeks en een absurd beeld van de anonieme en inwisselbare werkplekken van de moderne kantoormens. Hiermee onderzoekt Kruithof de eigentijdse geestesgesteldheid door deze te spiegelen aan een wereld waarin een pure emotionele staat-van-zijn heerst. Kruithof werkte in een verlaten Rotterdams kantoorpand. Net als in ‘Becoming Blue’ castte zij een aantal personen, dat zij vroeg om ongeremd te reageren op de omgeving en de door haar vervaardigde bouwsels van meubels en andere in het gebouw aangetroffen objecten. Een mix van fotografie, installatie en performance. Op de foto’s maken de personen in kwestie een gestreste en neurotische indruk. Het laat zich lezen als een metafoor voor de getourmenteerde mens in de hedendaagse maatschappij. Het kunstenaarsboek (Revolver Publishing 2009, oplage 400) met een gelijknamige titel dat Kruithof samen met ontwerper Kummer-Herman, erbij maakte, bestaat uit een aantal grotendeels losse, met foto’s bedrukte vellen.
 
'AutomaGische inspiratie en boek als intimiteit: Anouk Kruithof' is in samenwerking met Anouk Kruithof in oktober 2012 tot stand gekomen.
Related Posts Plugin for WordPress, Blogger...